Ongeveer 2 jaar geleden mislukte de fusie tussen Nuon en Essent, vanwege een - volgens mij - verkeerde reden; de inbreng- en machtsverhouding in het nieuwe bedrijf. Vervolgens zochten beide bedrijven een buitenlandse partner. Essent vond het Duitse particuliere RWE en Nuon het Zweedse staatsbedrijf Vattenfall.

De splitsingwet, die energiebedrijven verplicht tot splitsing in een netwerkbedrijf (dat in overheidshanden moet blijven) en een commercieel productie- en leveringsbedrijf zou de oorzaak zijn van deze overnames, zo stellen Essent en Nuon. Maar voor alle duidelijkheid: de splitsingswet maakt fusie/overname slechts mogelijk maar dwingt niet daartoe. De aandeelhouders van Essent en Nuon, provincies en gemeenten, hoeven hun aandelen helemaal niet te verkopen, en daarmee Essent en Nuon te privatiseren. Het is de kennelijke overtuiging van de besturen van resp. Essent en Nuon dat beide bedrijven na splitsing te klein zijn om te overleven, die hen eerst elkaar deed opzoeken en hen later in de handen van een buitenlandse partner dreef. Op dat argument valt overigens best veel af te dingen. Zo is volgens de VVD-fractie in de Provinciale Staten van Noord-Brabant allerminst aangetoond dat Essent niet alleen verder kan.

Europa
Aanvankelijk stelde "Europa" splitsing verplicht voor alle Europese energiebedrijven. Daar is het Europese Parlement recent op terug gekomen. RWE, Vattenfall en andere Europese energiegiganten zullen dus niet tot splitsing overgaan en dat brengt de Nederlandse energiebedrijven in het nadeel. Nederland is weer het braafste jongetje van de klas. Normaal gesproken ben ik best trots op deze voorhoederol van Nederland maar nu dreigt het averechts uit te pakken. De regering doet er goed aan de splitsingswet te heroverwegen.

"Wij vinden dat energie en drinkwater vitale onderdelen van de samenleving zijn" zei VVD- fractievoorzitter Mieke Geeraedts in de Provinciale Staten van Noord-Brabant. "Daar moet de overheid zeggenschap over houden" En verder: "De VVD heeft uit de kredietcrisis geleerd dat voortdurende liberalisering en marktwerking niet vol te houden is. Daar bezinnen wij ons dus op". (De Volkskrant van zaterdag 25 april 2009). Als gemeenteraadslid van GroenLinks kan ik dit alleen maar beamen en ondersteunen.

Reputatie
RWE heeft een slechte reputatie als het gaat om milieu en duurzaamheid. Het verkoopcontract biedt ook onvoldoende zekerheid dat RWE, na overname van Essent,  meer zal gaan investeren in schone energie. Het imago van Vattenfall is in dit opzicht iets beter. Verder speelt de positie van de kerncentrale van Borssele, voor de helft eigendom van Essent en voor de helft eigendom het Zeeuwse energiebedrijf  Delta, een rol: volgens de wet moet Borssele terecht in overheidshanden blijven maar RWE wil ook die graag inlijven.

Het functioneren van onze maatschappij is sterk afhankelijk van energieproductie, -levering en –transport, dat door publiek eigendom kan worden geborgd. Daarnaast kan de overheid - of dit nu het Rijk, provincies en/of gemeenten zijn - zo sturing geven aan de noodzakelijke verduurzaming en vergroening van zowel centrale als decentrale energieopwekking. Essent en Nuon mogen daarom niet worden verkocht.

Internationale markt
En zou blijken dat Essent en Nuon ieder te klein zijn in het geweld van de internationale markt, dan kunnen ze alsnog fuseren. Het publieke belang kan en mag toch niet ondergeschikt zijn aan gesteggel over de zeggenschapsverhouding in een gefuseerd bedrijf.  De aandeelhouders moeten de beide topmannen van Essent en Nuon, de heren Boersma en Loseth (voor zover zij nog willen of geloofwaardig zijn en anders hun opvolgers), aan een vergadertafel zetten die ze pas met witte rook mogen verlaten.

Marc Vintges, gemeenteraadslid voor GroenLinks in Tilburg (3,7 % van de aandelen van Essent).