Begin 2011 zal de gemeente Tilburg haar nieuwe cultuurnota openbaren voor de periode 2011-2014. De fractie van GroenLinks wil een eigen cultuurnota presenteren als input en alternatief voor de gemeentelijke nota. Daarom wil GroenLinks van cultuurmakers en cultuurliefhebbers horen wat zij hierin belangrijk vinden. Waar staat kunst en cultuur in 2014 in Tilburg? Op maandag 6 december organiseerde GroenLinks Tilburg een politiek café om antwoord te krijgen op die vragen.
Vanuit het perspectief vestigingsklimaat, onderwijs en ondernemerschap gaven gastsprekers hun visie over de betekenis van cultuur in Tilburg. GroenLinks-wethouder Marjo Frenk (Cultuur) schetste haar visie voor de stad in relatie tot dezelfde onderwerpen. Tot slot werd aan de hand van stellingen de reactie van alle aanwezige culturele organisaties, cultuurmakers en cultuurliefhebbers gevraagd over de nieuwe cultuurnota van GroenLinks Tilburg.
Gon Mevis opende de avond met enkele vragen omtrent de plek die cultuur in de toekomst moet gaan vervullen. "Sinterklaas is net vertrokken, Kerstmis komt eraan, de Drie Koningen staan te trappelen en straks is het weer Carnaval". Zomaar vier uitingen van alledaagse cultuur. Moeten cultuurmakers gaan ondernemen en welke rol spelen politieke partijen bij de forse bezuinigingen?
Voor raadslid Sandra Franken (GroenLinks) is kunst en cultuur de zuurstof voor de samenleving. Hoe kunnen we, in een tijd van forse bezuinigingen ter waarde van ruim 7 miljoen euro, handen en voeten geven aan een perspectief voor kunst en cultuur. "In de GL-nota “Tilburgs cultuurmodel 1.0” wordt gezocht naar een convenant tussen onderwijs en ondernemers, met de overheid als regisseur. Het gaat vooral om het verbinden van mensen. We zoeken ook grenzen in het bestaan van kunst en cultuur."
Infrastructuur
Programma-manager cultuur bij de gemeente Tilburg, Ulco Mes, schetst het kader van het gemeentelijk cultuurbeleid. Sinds 1945 is de landelijke koers: ontwikkelen en in stand houden van culturele waarden. In 2009 is daarbovenop de basis-infrastructuur gelegd, wat betekent dat gemeenten voor huisvesting moeten zorgen voor kunstinstellingen, zoals recent Station Zuid, het Zuidelijk Toneel, het NIAF en Muzieklab.
De gemeente heeft relatief veel speelruimte, en is nauwelijks gebonden aan regels en wetten van rijk of provincie. Vestigingsklimaat is een belangrijke factor in gemeentelijk cultuurbeleid.
Het Tilburgse kunst- en cultuurbudget bedraagt € 23,5 miljoen, overeenkomend met € 115 per inwoner. In Eindhoven zit men op € 166 en in Breda op € 97. Dat geld wordt besteed aan stedelijke voorzieningen als Schouwburg, Concertzaal, Paradox, enz. Ook de vier musea in de stad kunnen op ondersteuning rekenen, net als de beeldende kunst en amateurkunst als Factorium. Al met al zorgt de totale creatieve industrie en dienstverlening voor bijna 4.200 banen. Een groei zelfs van 103 banen sinds 2002.
Tilburg staat in de Atlas voor Gemeenten op de 16 plaats overall en qua cultuuraanbod op de 11e plaats. De gemeente wil naar de top-10. Daarom wordt het cultuuraanbod duurzaam op niveau gehouden en wordt de cultuurparticipatie van jongeren en volwassenen vergroot.
Bedrijfsleven
In tijden van overheidsbezuinigingen wordt al snel gekeken naar particulier financiering en lessen uit de commerciële sector. Wat kunnen bestaande ondernemers ons leren met minder geld om te gaan? Zijn investeringen door bedrijfsleven, ander andere Rabobank en Audax, de oplossing voor de culturele sector?
Henriette de Kok (voorzitter raad van bestuur Bibliotheek Midden-Brabant) is niet op zoek naar investeerders. "Wij ontvangen € 6,4 miljoen per jaar en dat is heel veel geld. Maar de bibliotheek is meer dan alleen boeken lenen. Een kwart van de Tilburgse bevolking is lid van de bieb, en 50% van de bevolking maakt gebruik van diensten van de bibliotheek. In ‘t Zand bezoekt 90% van de kinderen de bibliotheek. Als je die sluit dan haakt een groot gedeelte af. Die gaan niet de Ringbaan over. De verbinding tussen school en biblioteek is wezenlijk. Die functie moeten behouden blijven, in het belang van de sociale stijging."
De directeur van de Zuivelfabriek in Udenhout, Tim van Dijk, stelt dat zijn centrum voor kunst en cultuur opkomt voor de kleine dorpen en kernen Udenhout, Haaren, Helvoirt en Moergestel. Zonder subsidie wordt een scala aan muziek, dans en theater geboden aan 850 inwoners. "De cursusgelden zijn hetzelfde als in Tilburg, maar de docenten werken tegen kostprijs. We kijken naar welke functies in de dorpen vervuld moeten worden, en we zien het als een maatschappelijke opdracht. Als we samenwerken met bedrijven willen we dat die bedrijven er ook iets aan hebben. Met betrekking tot het artistiek niveau kun je stellen dat we laagdrempelig beginnen in de hoop dat er diepgang in komt. Je moet in je eigen leefomgeving opereren, het liefst decentraal. De vestigingsfactoren zijn bij ons niet bepalend, wel de sociale stijging."
André Hazes
In een intermezzo memoreert Frank van Pamelen het feit dat het vandaag 6 december de geboortedag is van Koning Willem II. Hij bezingt op onnavolgbare wijze André Hazes, die (met Bloed, zweet en tranen) veel overeenkomsten vertoonde met Winston Churchill.
Gon Mevis ondervraagt Marjo Frenk, cultuurwethouder van Tilburg, over haar beeld van de toekomst. Zij bekent jaloers te zijn op haar voorgangers die wel voldoende geld hadden om leukle ideeën en ideetjes te laten financieren. "Tussen festivals en carnaval zit een groot verschil. Er bestaan talloze ongesubsidieerde initiatieven. Het zou slecht zijn om kunst en cultuur te verengen tot subsidie-gerelateerde activiteiten. Kijk maar naar goede voorbeelden als de bibliotheek en de Zuivelfabriek. Dit college kiest voor een aantal leidende thema’s als sociale stijging, leefbaarheid en vestigingsklimaat. De ranking van de Atlas geeft aan dat we in de lift zitten."
"De beleidsvrijheid van de gemeente moeten we aangrijpen en ontwikkelen. Het rijk trekt zich steeds verder terug. Juist de Brabantse gemeenten (de B5) weerspiegelen hoe ze zich verder ontwikkelen. We gaan pro-actief te werk. Als je denkt dat de trein een metro is, ben je in Brabant-stad."
Stellingen en commentaren
In een geanimeerde discussieronde kwamen vijf stellingen aan de orde.
1. Zonder blokfluitles geen concertgebouworkest.
Een bezoeker wil de stelling omdraaien, en een ander vervangt blokfluitles door iPhone.
Alle aanwezigen zijn het er over eens dat doorstroming heel belangrijk is.
2. Tilburg is geen cultuurstad.
Slechts 4 % van de beroepsbevolking is werkzaam in de creatieve sector, en dat is te weinig voor het predicaat cultuurstad. Reacties:
- het gaat om het imago van de stad. Destijds keek heel het land verwonderd op bij de poptempel 013. We moeten een Calimero-effect vermijden.
- Tilburg is wel een cultuurstad, laat dat zo houden. De toegevoegde waarde van de cultuur in Nederland is zo’n € 25 miljard. Sport heeft geen effect op het vestigingsklimaat, maar cultuur wel.
- In de gemeente Den Haag kijkt men jaloers naar Tilburg.
3. Kunstenaars moeten op zoek naar verbinding met ondernemers en onderwijs.
- De overheid moet faciliteren, niet zozeer met geld maar met verbindingen. Van de drie o’s moet het komen.
- Er zijn kunstenaars die goed werk brengen en geen ondersteuning nodig hebben.
- Hoe maakt de raad keuzes: sommige partijen hebben een duidelijk diskwalificerende mening over kunst en cultuur.
4. Natuurlijk doet Tilburg mee aan Brabant Culturele Hoofdstad 2018.
- Als Tilburg niet meedoet aan BCH2018, ligt Tilburg eruit. Het proces er naar toe is belangrijk. De provincie zet duidelijk in op cultuur, economie en ruimte. Als we menen dat cultuur goed is voor economische ontwikkeling, moeten we meedoen. Ook al worden we geen culturele hoofdstad.
- Culturele hoofdstad kan een stimulans betekenen, maar dan moet Tilburg de motor van dit proces zijn en het bestaande fundament niet weggooien.
Sandra Franken zegt desgevraagd zin te hebben in cultuur, de zuurstof voor de samenleving. Investeringen in podia leveren rendement op. "We moeten meedoen met Brabant Culturele Hoofdstad 2018 vanwege het proces. Maar we moeten ook keuzes maken: het college gaat voor het vestigingsklimaat en de raad gaat voor sociale stijging.
Onze cultuurnota wordt “Tilburgs cultuurmodel 3.0”, met een stip aan de horizon. De nota gaat over netwerken en sociale innovatie."
Verslag: Wim Kerstens, fotografie: Paul Roborgh